Satans strijd tegen Jezus
Openbaring 12:1-13.
-
“Nu
is geworden het heil en de kracht en het koninkrijk van onzen God en het
recht van toegang door zijn Gezalfde (RHK)”. Openbaring 12:10a.
Het grote van dit gezicht
wordt zichtbaar wanneer God zijn belofte aan Adam en Eva, de zogenaamde
moederbelofte waar maakt door Abraham en zijn vrouw Sara uit te kiezen. Dat
de zwangere vrouw met de zon was bekleed betekent dat de verkiezing van
Abraham een waarneembaar gebeuren was. Volgens de Bijbel kon iedereen
waarnemen hoe Abraham op Gods roepstem zijn vaders huis in Ur verliet en via
Haran naar het land Kanaän is getrokken. Eén en ander betekent dat de
zwangere vrouw waaruit de Messias is geboren, in dit gezicht de vrouwen uit
het volk Israël vertegenwoordigen,. De twaalf sterren duiden op de zonen van
Jakob, de kleinzoon van Abraham en Sara:
-
“En er werd een groot teken in de hemel gezien, een
vrouw, met de zon bekleed, met de maan onder haar voeten en een krans van
twaalf sterren op haar hoofd; en zij was zwanger en schreeuwde in haar
weeën en in haar pijn om te baren”.
Hoezeer God de gelovige
mens bij de wording van het koninkrijk van God betrokken heeft, wordt
zichtbaar als we de werken van de Satan er bij betrekken. Ondanks de grote
macht van de Satan en zijn beschikking over een derde van de engelen, tonen
de gekroonde koppen dat hij de komst van de Christus met behulp van koningen
trachtte tegen te houden. Want de kronen op de koppen zijn koningskronen,
zodat de Satan zevenmaal gebruik maakte van koningen, om te verhinderen dat
de Christus uit een Joodse vrouw zou worden geboren. Hoewel de Satan
schuilgaat achter koningen, kennen we zijn strijd tegen Jezus door de
Bijbel.
In twee pogingen heeft
Satan getracht Sara door machtige koningen van Abraham te scheiden. De
eerste keer haalde de Egyptische Farao Sara weg uit het huis van Abraham.
De
tweede keer wilde de Filistijnse koning Abimelech de schone Sara tot vrouw.
Satan wist beide koningen tot zijn werktuig te maken uit begeerte naar de
schone Sara. Maar ze mislukten, omdat God tussenbeide kwam met lichamelijke
noden bij de tegenpartij:
De derde koning die Satan wist te gebruiken was de Farao, die ná de dagen
van Jozef heerste. Deze Farao dwong elke Israëlische moeder haar jongetje na
de geboorte te verdrinken in de Nijl. Hierbij gebruikte de Satan de angst
van de Farao om de macht te verliezen aan Israël.
Maar Amram en Jochebed vreesden de Here en geloofden zijn woord. Zij
verzetten zich tegen Farao's bevelen. Zij riskeerden hun leven, omdat ze
geloofden in de komst van de Verlosser, die de dood zou overwinnen en de
Satan de kop vermorzelen. Hierdoor faalden Satans listen.
De vierde poging van Satan
was in de tijd nadat de Here David had beloofd, dat uit zijn geslacht de
Verlosser geboren zou worden. Nadat de Here door de profeet Natan had
gezegd, dat Hij het kind Salomo liefhad, moest deze worden gedood. Daarvoor
maakte Satan gebruik van de hoogmoed van Adonia, die zich door een machtige
samenzwering tot koning liet uitroepen. Dit mislukte door de gelovige
Bathseba die David herinnerde aan Gods beloften.
-
“En er werd een ander teken in de hemel gezien, en zie, een grote rossige
draak met zeven koppen en tien horens, en op zijn koppen zeven kronen. En
zijn staart sleepte een derde van de sterren (engelen) mede en wierp die
op de aarde. En de draak stond voor de vrouw, die baren zou, om, zodra zij
haar kind gebaard had, dit te verslinden”.
In een vijfde poging wist
de Satan koningin Athalia uit begeerte naar macht en eer over te halen het
gehele mannelijke geslacht van het huis van David te doden. Maar de opzet
van de duivel mislukte opnieuw. De Here deed het mislukken door de gelovige
Josebath, de voedster en tante van het kind Joas. Deze vrouw wist samen met
haar man, de hogepriester Jojada de latere koning Joas uit de
moordenaarshanden van Athalia te houden.
De zesde poging heeft plaatsgevonden in de tijd van de Joodse ballingschap,
toen de Joden verspreid waren over 127 gewesten van de Meden en Perzen.
Ondanks de verspreiding van de Joden over 127 gewesten wist Haman de
Jodenhater door eerzucht gekweld door een onveranderlijke wet van de Meden
en Persen gedaan te krijgen, dat alle Joden werden gedood.
Opnieuw verijdelde God door een gelovige vrouw Satans werken. Het Joodse
meisje Ester, die God tot vrouw van de Perzische koning had gemaakt, redde
de Joden van de ondergang. Zij heeft met gevaar voor eigen leven de koning
gesmeekt om behoud van haar leven en dat van haar volk. Toen werd voor de
zesde keer openbaar hoe God door "bekeerde" mensen de komst van de beloofde
Verlosser en het koninkrijk van God werkelijkheid maakte.
De zevende poging is de kindermoord door koning Herodes. Ondanks dat de
kindermoord te Bethlehem was voorzegd, wist de Satan Herodes door
jaloersheid tot die moord te bewegen.
Welnu, het mislukte! Niet
door kracht of geweld, maar door de geloofsdaad van Jozef, die door God werd
aangespoord naar Egypte te vluchten. God gebruikte Jozef tegen de Satan. Bij
de strijd tegen Jezus die uit een vrouw geboren zou worden, werd Satan
geconfronteerd met werken van bekeerde mensen. God behield door bekeerde
mensen de overhand, die niet excentriek waren, maar voor het doen van Gods
wetten hun leven niet achten tot de dood.
De Satan of draak heeft ook
tien hoornen, wat duidt op de tien pogingen van Satan de tweede tempel te
verwoesten. Daar de tempeldienst een afbeelding is van het lijden en sterven
van het Lam Gods als Verlosser, trachtte de Satan de tempeldienst uit te
schakelen. Dit gebeurde na Alexander de Grote in tien oorlogen tussen
Egypte (Ptolemeën) en Syrië ( Seleuciden). Bij alle tien oorlogen was de
democratisering van de tempeldienst de inzet van de strijd. Maar ook dit
mislukte, doordat de Here de bekeerde Makkabeeën opwekte in te grijpen:
-
“En zij baarde een zoon, een mannelijk wezen, dat alle heidenen zal hoeden
met een ijzeren staf; en haar kind werd plotseling weggevoerd naar God en
zijn troon".
Doch de Satan kon behalve
de komst van Gods Zoon op aarde, ook zijn uitwerping uit de hemel niet
tegenhouden. Voordat het Lam na Pasen als de Opgestane zijn hemelse troon
besteeg, kwam er oorlog in de hemel tussen de Satan en Michaël. Doordat de
Satan ook die oorlog verloor, raakte hij en de gevallen engelen hun plaats
in de hemel voorgoed kwijt.
-
"En er kwam oorlog in de hemel: Michaël en zijn engelen hadden oorlog te
voeren tegen de draak; ook de draak en zijn engelen voerden oorlog, maar
hij kon geen stand houden, en hun plaats werd in de hemel niet meer
gevonden. En de grote draak werd op de aarde geworpen, de oude slang, die
genaamd wordt duivel en de satan, die de hele wereld verleidt; hij werd op
de aarde geworpen en zijn engelen met hem".
Niet alleen Jezus en de
aartsengel Michaël hebben de Satan overwonnen, maar ook de broeders in de
hemel die eeuwenlang door de Satan dag en nacht bij God werden aangeklaagd.
Doch Jezus bracht door zijn lijden en sterven als uitweg tot behoud de Satan
tot zwijgen!
Door de verloren strijd van de Satan tegen de komst van het Lam, eindigden
zijn aanklachten tegen de broeders in de hemel over al hun zonden en
dodelijke schuld. Dat de broeders de Satan door het bloed van het Lam
overwonnen, terwijl zij hun leven niet liefhadden tot de dood, betekent, dat
zij zichzelf door schuld als verloren hebben gewaand. Dat wil zeggen, zij
hebben door het bloed van het Lam hun dodelijke schuld als de tollenaar
beleden. Ze hebben ervaren hoe het Lam door het bloed van zijn menselijk
lichaam elke gelovige overtuigt dat zijn kruisdood door hem kwam, wat de
besnijdenis en doop ook zegt.
Maar ook deden de broeders
in oprecht geloof volgens Jesaja 1:18: Komt, laat ons tezamen richten.. en
1Johannes 1:9: Indien wij onze zonden (oprecht) belijden, Hij is getrouw en
rechtvaardig om ons de zonden te vergeven en te reinigen van alle
ongerechtigheid.
De hemelse stem geeft te kennen dat onze broeders in de hemel door het bloed
van het Lam hun blindheid hebben beleden en hun dodelijke schuld als de
tollenaar. Terwijl ze door hetzelfde bloed God als een arme bedelaar telkens
ootmoedig om vergeving vroegen.
Echter door de hemelse stem
kent de Satan nu de weg waardoor de broeders overwonnen, en dat ze ook bij
het doen van Gods geboden als bekeerden hun leven niet hebben liefgehad. En
door de verloren strijd heeft Satan de werken van bekeerde mensen aan de
lijve ervaren.
Verder weet Hij dat Jezus in Openbaring 3:17 zegt hoe de Kerk in de eindtijd
als Laodicea zal zijn, en als deze gemeente zogenaamd uit onvermogen de eis
tot bekering zal nalaten. Hierdoor weet de Satan waardoor bij de komst van
Jezus vijf van de tien maagden (de helft van de Kerk), ondanks hun geloof in
Jezus voor een gesloten hemelpoort komen te staan. Want Laodicea wist zich
volgens Jezus rijk door het geloof in Gods beloften, terwijl zij niet
wilden weten dat zij geestelijk blind zijn, bedelarm en naakt. Met andere
woorden zij wilden niet als hun broeders in de hemel door het bloed van het
Lam hun dodelijke schuld als tot de dood verwezen kennen en Jezus telkens
als arme bedelaars om vergeving smeken.
De hemelse stem waarschuwt
de Kerk voor Satan, nu deze weet wat echte bekering is. Want Satan wordt in
de eindtijd een korte tijd losgelaten om de Kerk te toetsen en te ziften.
Echter zijn ziften zou geen resultaat hebben als geloof in God en zijn
beloften zonder bekering zaligmakend is. Want de Satan kan het volbrachte
werk van Jezus niet terug draaien.
Maar de broeders in de hemel tonen aan dat een geloof zonder bekering niet
zaligmakend is.
En de stem uit de hemel
geeft aan dat de gelovigen in de hemel niet hebben overwonnen door geloof in
Jezus, maar door zijn bloed. Door zijn bloed hebben deze broeders hun
verlorenheid en schuld beleden en Jezus door hetzelfde bloed als een
bedelaar om vergeving gevraagd. Zij hebben het bloed van het Lam als hun
schuld ervaren, zodat zij hun leven als dood hebben geacht. Maar het
verachten van hun leven tot de dood om hun schuld, dat het werk van de
Heilige Geest is, deed hun behalve smeken om genade daarna werken als
bekeerde mensen. Het is dan ook onmogelijk dat dezen door hun bekering geen
goede werken voortbrachten.
De stem toont door de broeders dat het ware geloof niet zonder Heilige Geest
en bekering kan. Tegelijk onthult de hemelse stem, dat de toegang tot het
koninkrijk door toe-eigening van het heil tot de jongste dag voor de
strijdende Kerk gelijk is aan die van de triomferende Kerk:
-
“En ik hoorde een luide stem in de hemel zeggen: "Nu is geworden het heil
en de kracht en het koninkrijk van onzen God en het recht van toegang door
zijn Gezalfde (RHK); want de aanklager van onze broeders, die hen dag en
nacht aanklaagde voor God, is nedergeworpen. En zij hebben hem overwonnen
door het bloed van het Lam en door het woord van hun getuigenis, en zij
hebben hun leven niet liefgehad tot in de dood. Daarom, verheugt u gij
hemelen en die daarin wonen. Wee de aarde en de zee , want de duivel is
tot u neergedaald in grote grimmigheid, wetende, dat hij weinig tijd
heeft."
Verder wordt met de overwinning van Jezus het herstel
van het koningschap van de Joden over Jeruzalem aangekondigd en de tijdsduur
(3½) tot het einde. De vraag aan Jezus op de dag van zijn hemelvaart naar de
tijd van het herstel van het koningschap van Israël over Jeruzalem wordt
hiermee beantwoord. Daarmee is het herstel van het koningschap van de Joden
over Jeruzalem in de eindtijd een teken voor de Kerk van de wederkomst van
Jezus:
-
"En
de vrouw vluchtte naar de woestijn, waar zij een plaats heeft, door God
bereid, opdat zij daar twaalf honderd en zestig dagen onderhouden zou
worden".
Indien wij heden in de laatste fase van de aardse tijd
zijn beland, waarop alle tekenen wijzen, dan maakt de aanwezigheid van de
Satan om de goede strijd serieus te nemen. De stem uit de hemel onthult dat
er meer nodig is dan geloof in de beloften om met God in het reine te komen.
Het is één van beide, of we luisteren naar de gelovigen in de hemel, of naar
hen die het niet nodig achten schuld te belijden en telkens met "het onze
Vader" vergeving te vragen:
-
"Nu is geworden het heil en de kracht en het koninkrijk van onzen God en
het recht van toegang door zijn Gezalfde (RHK).
NAAR BOVEN