Derde Wereldoorlog ná de opname
Openbaring 14: 13-20.
-
“En de
persbak werd getreden buiten de stad, en er kwam bloed uit den persbak tot
aan de tomen der paarden, zestienhonderd stadiën ver”. Openbaring 14:20.
In het voorafgaande is gezegd dat iedereen in het
vreselijke oordeel van God over Jezus de grootheid van zijn eigen schuld kan
aflezen, zodat men geestelijk kan sterven in de dood van Jezus. Want God
verklaart “doden” zalig, die sterven in de Here. Hierbij gebruikt Hij het
woord “doden” in dezelfde betekenis als Jezus in de gelijkenis van de
verloren zoon. In deze gelijkenis zegt de vader tweemaal: “Deze was dood,
maar is weer levend geworden”. Dat wil zeggen God verklaart een ieder zalig,
die met dezelfde ootmoed als de verloren zoon tot God de Vader komt, en Hem
telkens om vergeving smeekt in de naam van Jezus:
-
“En ik hoorde een stem uit de hemel zeggen: Schrijf, zalig zijn de doden,
die in de Here sterven, van nu aan”.
Ook de Geest geeft te kennen dat een echte gelovige
zijn hele leven achtervolgd wordt door zijn zonden en schuld. De woorden van
de Geest, dat zij rusten van hun moeiten geven aan dat het sterven in de
Here pas bij de opname zal ophouden:
-
“Ja, zegt de Geest, dat zij rusten van hun moeiten, want hun werken
achtervolgen hen”.
Dezelfde moeite wordt zichtbaar bij de opstanding en
opname van alle gelovigen. Want wanneer Johannes Jezus als de Rechter der
wereld met een gouden kroon op een witte wolk ziet, hoort hij dat allen die
opgenomen zullen worden “dor” zijn geworden. Doch niet Jezus, maar een engel
uit de tempel geeft het sein tot de oogst. Want de bede van de engel uit de
tempel om te oogsten, terwijl de mensenzoon een scherpe sikkel in zijn hand
heeft, is het verzoek om te oogsten hetzelfde als “opname” van de gelovigen.
De engel die met luide stem de Mensenzoon smeekt om te
oogsten, komt niet uit de Knesset (parlement), noch het hoofdkwartier van de
Wereldraad van Kerken, maar uit de tempel. Zijn komst uit de tempel betekent
niet alsof er nog een derde tempel gebouwd zal worden. De tempeldienst met
het dagelijks offer leert niet alleen dat er zonder bloed geen toegang tot
God is, maar wijst ook naar het beloofde Lam Gods die de zonde van de wereld
wegneemt. Immers, Jezus heeft gezegd dat Hij de tempel zou afbreken en in
drie dagen weer opbouwen. Dat afbreken en opbouwen volbracht Hij in zijn
lijden door het vreselijke oordeel van God.
Doordat Jezus gehoor geeft aan de smeekbede van de
engel uit de tempel, geeft Hij te kennen de tempeldienst als norm bij het
oogsten van de gelovigen te hanteren. Door het beloofde Lam Gods bestaat de
tempeldienst uit schuldbelijdenis, verootmoediging en gebed om vergeving.
Met andere woorden de tempeldienst is toe-eigenen van het heil!
En daar een engel uit de tempel de Here vraagt om te oogsten, is de
tempeldienst of toe-eigening van het heil de enige norm bij het oogsten. Nu
Jezus gehoor geeft aan de engel uit de tempel, zal iedereen die zich het
heil heeft toegeëigend bij zijn komst worden opgenomen. Kortom, er worden
alleen schuldbewuste zondaren geoogst of opgenomen, die als bekeerde
zondaren in Jezus' naam telkens ootmoedig om vergeving van hun zonden hebben
gevraagd.
En dat de toe-eigening van het heil de norm bij de
opname is, wordt ook zichtbaar gemaakt. Want hoewel veel vertalingen spreken
over “rijpe” oogst, staat er letterlijk vertaald vanuit de grondtekst “dor”.
En dat is wat anders. Het vochtpercentage van een rijpe graankorrel is
normaal 16%, terwijl een dorre graankorrel verschrompeld door een te laag
vochtgehalte. Het dor zijn duidt op een geestelijke verdrukking door
schuldbesef, ootmoed en hoop. Hiermee wordt gezegd, wie niet in
zielsbenauwdheid de Here om genadige vergeving heeft gevraagd, wordt bij de
opname achtergelaten en heeft geen deel aan Gods koninkrijk.
Het dor zijn stelt elke vorm van gearriveerd zijn van christenen onder zeer
ernstige kritiek. Dat geldt ook voor hen die zonder bekering passief wachten
op Gods verkiezende genade.
Zijn verschijning op een wolk haalt ook een streep door de gedachte dat
Jezus bij zijn komst te Jeruzalem zal verschijnen. Evenmin komt er dan een
zogenaamd duizendjarig Rijk zoals sommigen menen. Als Jezus op de wolken
komt, is oogsten de opstanding en opname van de gelovigen:
-
“En ik zag en zie een witte wolk, en op de wolk iemand gezeten als eens
mensen zoon met een gouden kroon op zijn hoofd en een scherpe sikkel in
zijn hand. En een andere engel kwam uit de tempel en riep met luider stem
tot Hem, die op de wolk gezeten was: Zend uw sikkel uit en maai, want het
uur om te maaien is gekomen, want de oogst der aarde is dor (RHK)
geworden”.
De noodzaak van toe-eigening van het heil door bekering
is in onze tijd veelal onderbelicht. Maar niet alle christenen worden
opgenomen, doch alleen “doden” die sterven in de Here.
Als Jezus komt liggen er twee op bed, terwijl de ene wordt opgenomen wordt
de andere achtergelaten. Twee zullen op het veld zijn, de ene wordt
opgenomen de ander achtergelaten.
Jezus blijft bij de opname op de witte wolk in de
lucht. Daar verzamelt Hij de uitverkorenen. Jezus maait de aarde, terwijl
Hij verblijf houdt op de wolken. zijn verblijf op de witte wolk komt overeen
met wat in de eerste brief aan de Thessalonicenzen staat over de opname.
Zodra Hij de doden heeft opgewekt zullen dezen samen met de dan levende
gelovigen opgenomen worden op de wolk in de lucht:
-
“En Hij, die op de wolk gezeten was, zond zijn sikkel uit op de aarde, en
de aarde werd gemaaid”.
Ofschoon niemand de dag en het uur van de opname weet,
is daarmee niet alles gezegd. Want meteen na de opstanding en opname van de
gelovigen verschijnt een engel met een scherpe sikkel uit de tempel, maar
niet om te oogsten zoals sommige vertalingen aangeven. Deze engel komt om
“te verzamelen”, zoals letterlijk vertaald vanuit de grondtekst gezegd
wordt. Een verzameling van volken waarbij behalve paarden ook sprake is van
veel bloed, wijst op een verzameling tot de laatste oorlog.
Blijkbaar zijn zij die ten onrechte “oogsten” vertalen, misleid door het
woord tempel. Het feit echter dat het gedaan wordt door een engel uit de
tempel in de hemel, verandert de verzameling tot een gebeuren dat door God
wordt bestuurd. God verzamelt tot de oorlog.
En omdat het gaat om volken die bij de opname zijn
achtergelaten, is dit Gods wraak over zijn tempel. Gods wraak wordt
zichtbaar door de engel uit het altaar, als deze de engel uit de tempel
oproept tot een verzameling van de volken. Want het altaar is de
gerichtsplaats van God! Dat is hetzelfde altaar waar eerder bij de
verbreking van het vijfde zegel zielen verschenen, die vroegen naar het
tijdstip van Gods wraak. De engel uit het altaar in de hemel bevestigt dat
dit Gods wraak is, waarom de zielen onder het altaar tijdens het vijfde
zegel hebben gevraagd. Deze zielen waren gedood om het woord van God en het
getuigenis dat zij hadden.
De zielen kregen toen als antwoord dat ze nog een kleine tijd moesten
wachten. Eerst moest de tijd vol zijn, en mededienstknechten en broeders op
het punt staan gedood te worden.
En daar de zielen om wraak vroegen tegen hen die op de
aarde wonen, is Gods wraak tijdens de Derde Wereldoorlog tegen de verzamelde
achtergelaten volken. Eerder is al met het zesde zegel getoond op welke
wijze Gods wraak zal plaatsvinden.
De verwevenheid tussen de hemelse tempel waaruit de engelen komen en de
opname van de gelovigen, benadrukt de noodzaak van de toe-eigening van het
heil. De oproep van de engel uit het altaar tot een verzameling van de
volken, is dus Gods wraak aan hen die Jezus en die gekruisigd niet hebben
geacht, noch het heil hebben toegeëigend.
Hier geldt het woord van Jezus: wat zij aan één van de kleinen deden, hebben
zij Mij gedaan. Want de opname en verzameling vindt plaats onder supervisie
van de gekroonde mensenzoon, zodat beide engelen in opdracht van Gods Zoon
handelen.
De bekendmaking van de opname tijdens de Derde
Wereldoorlog maakt dat er vroegtijdig sporen van de deelnemers aan de
verzameling in het Midden Oosten te vinden zijn. Door de sporen van de
verzameling van de volken in het Midden-Oosten, dwingt de Here geroepenen
haast te maken met de toe-eigening van het heil voordat Hij komt. Deze
bekendmaking dat de opname tijdens de verzameling komt, is een allerlaatste
roepstem van de hemel zich door toe-eigening van het heil te bekeren tot
Jezus.
De opdracht tot de verzameling door de engel van het altaar aan de engel uit
de hemelse tempel, geeft tevens te kennen dat de Here het tijdstip van de
Derde Wereldoorlog bepaald.
De Allerhoogste zal nog voor de opname de volken
verzamelen. De zielen onder het altaar lieten reeds weten dat de Here het
tijdstip van de wraak bepaalt. Ook al gebeurt dit door de volken. Doch Hij
die de regie zal hebben over de Derde Wereldoorlog, die bij de opname gaande
is, bepaald niet alleen het tijdstip maar ook de plaats van het slagveld.
Want de verzameling zal buiten “de stad” zijn, dat is buiten Jeruzalem.
Nu zowel de uitvoerende engel als de opdrachtgever tot de verzameling
afkomstig zijn uit de tempel, duidt de plaats van de oorlog op Gods wraak
over zijn tempel. Dat wil zeggen omdat Nebukadnezar de eerste tempel heeft
verwoest en de Syriër Antiochus IV de tweede tempel ontheiligde, dienen
beide landen als slagveld van de Derde Wereldoorlog. Want gerekend naar een
Romeinse stadion beslaat het slagveld 1000 kilometer in doorsnee.
De onthulling dat de engel uit het altaar macht heeft
over het vuur, betekent in verband met de Derde Wereldoorlog dat deze door
vuur zal plaatsvinden. Het vuur wijst op kernwapens van de zesde bazuin, die
volgens Gods Woord in de laatste oorlog toegepast zullen worden.
Nu de Here de verzameling tot de laatste oorlog leidt, en Hij de tijd,
plaats en wapens bepaalt, haalt dat een streep door de gedachte van een
tweede kans voor volken die na de opname achterblijven. Sterker nog, daar de
opname tijdens de verzameling van de volken gebeurt, bezorgt de opname van
de gelovigen de achterblijvers de angsten van de hel.
Even werkelijk als de opname voor de gelovigen komt, komt Gods wraak voor
zijn tempel over allen, die Jezus hebben veracht en het heil niet door
bekering hebben toegeëigend. Daarom is dit gezicht een dringende oproep zich
te bekeren, en zich met God te verzoenen.
Zodra de gelovigen met ziel en lichaam zijn opgenomen,
richt het vuur van Gods toorn zich tegen de achterblijvers. Dat treft
iedereen, die het kruis van Jezus heeft veracht, of het heil niet heeft
toegeëigend. Zodat het met de verzameling van de rijpe druiven om iedereen
gaat, die bij de opname zullen worden achtergelaten:
-
“En een andere engel kwam uit de tempel, die in de hemel is, ook hij met
een scherpe sikkel. En een andere engel kwam uit het altaar; deze had
macht over het vuur, en hij riep met luider stem tot hem, die de scherpe
sikkel had, zeggende: Zend uw scherpe sikkel uit en verzamel de trossen
van de wijngaard der aarde, want zijn druiven zijn rijp. En de engel wierp
zijn sikkel op de aarde en verzamelde van de wijngaard der aarde en wierp
hen in de grote persbak van de gramschap Gods”, RHK.
De betrokken paarden wijzen heen naar de paarden van de
zesde bazuin in Openbaring 9. Dit gezicht geeft nadere informatie over de
uitgestelde kernoorlog, waarbij de achtergelaten volken elkaar in een
atoomoorlog zullen vernietigen. Zie hoofdstuk 21:
-
“En de persbak werd getreden buiten de stad, en er kwam bloed uit den
persbak tot aan de tomen der paarden, zestienhonderd stadiën ver”.
NAAR BOVEN